Rugklachten

Rugklachten kunnen simpelweg onderverdeeld worden in vier regio’s: nek/schouders, bovenrug, onderrug en bekken. Klachten in meerdere regio’s tegelijk komen natuurlijk ook voor. In dit hoofdstukje neem ik alleen de wervelkolom door. De bekkenklachten komen aan de orde in het volgende hoofdstuk: Bekkenklachten.

Nekklachten kunnen zich uiten in de nek zelf, maar vaker zijn er klachten in het zogenaamde uitstralende gebied. Voorbeelden zijn schouder(blad)klachten, verschillende soorten hoofdpijnen, oorpijn, pijn in de kaak vlak voor het oor en pijn naar de armen.

Bovenrugklachten kunnen in de bovenrug zelf zitten, tussen de schouderbladen, maar ook hier zie je vaak uitstralende klachten. Voorbeelden zijn pijn in een rib(gebied), pijn op het borstbeen, maagpijn, pijn naar de armen en ademhalingsklachten.

Onderrugklachten stralen ook vaak uit naar andere gebieden, maar de chronische lage rugpijn is een welbekend fenomeen. Uitstraling kan zitten in de benen, bil en de buik. De lage rug is het meest gevoelig voor hernia’s, artrose (beschadiging kraakbeen en botstructuren, in de volksmond onterecht slijtage genoemd) en stenose (versmalling in het ruggenmergkanaal) en spitklachten.